Dit Psalmvers met daarbij een korte uitleg hoort bij les C1.34, C2.29, C2.30 en C3.39 van de zondagsschoolmethode van het LCJ en de BHZ.
Thema's
Dit psalmvers wordt gebruikt bij meerdere thema's:
- Cornelius (C1.34)
- De geboorte van Jezus (C2.29)
- De Wijzen (C2.30)
- Pinksteren (C3.39)
Psalmtekst
Zijn Naam moet eeuwig eer ontvangen;
Men loov' Hem vroeg en spâ;
De wereld hoor', en volg' mijn zangen,
Met Amen, Amen na.
Uitleg
C1.34
Heidenen die tot geloof komen, worden aan de Heere verbonden en Hij draagt hen op hun wegen. Ze worden als getelden, mensen die Hem toebehoren, bij Zijn verbondsvolk Israël ingelijfd. Ze horen bij dit volk en gaan de naam van Sions kinderen, Gods uitverkoren kinderen, dragen. Voor dat bij Israël ingelijfd worden, ook vandaag nog, zie Romeinen 11:17 en 18.
C2.29
In de Heere Jezus steekt God Zijn hand naar ons uit. Genadig kijkt Hij om naar zondaren, in hun lage stand. Gods gunst, genade en goedheid, is er voor eeuwig, voor altijd.
C2.30
Het gaat om de eer van de Heere. Vroeg en spa, laat, moet men Hem loven. Als dat je verlangen is, wil je niets liever dan dat de hele wereld Hem kent en looft. De wijzen brachten het Kind in de kribbe de eer. Ze kwamen van ver, van de wereld, en ze vonden hun Redder.
C3.39
God stortte Zijn Geest overvloedig uit, wel 3000 mensen geloofden op die dag. Wie in de Heere Jezus gelooft, die geeft God de eer. Ze worden voorbeeldfiguren voor de wereld.