Deze bijbeltekst met daarbij een korte uitleg hoort bij les B2.36, B3.44, B4.41, C1.43 en C3.34 van de zondagsschoolmethode van het LCJ en de BHZ.
Thema
- Gekruisigd en begraven (B2.36)
- Opstanding; Emmaüsgangers (B3.44)
- Opstanding; Maria Magdalena (B4.41)
- Emmaüsgangers (C1.43)
- Jezus is opgestaan! (C3.34)
Bijbelgedeelte
- Markus 15:16-47 (B2.36)
- Lukas 24:1-35 (B3.44)
- Johannes 20:1-18 (B4.41)
- Lukas 24:13-35 (C1.43)
- Johannes 20:1-10 (C3.34)
Tekst SV
En Jezus zeide: Vader, vergeef het hun; want zij weten niet, wat zij doen. En verdelende Zijn klederen, wierpen zij het lot.
Tekst HSV
En Jezus zei: Vader, vergeef het hun, want zij weten niet wat zij doen. En ze verdeelden Zijn kleren en wierpen het lot.
Uitleg
B2.36
Vader vergeef het hun: Christus bidt voor de onwetende Joden en Romeinen, die Hem kruisigen. Net zoals de Heere Jezus behoren wij ook te bidden voor onze vijanden. Want zij weten niet wat zij doen: niet dat zij daardoor te verontschuldigen zijn, want zij kruisigen een onschuldige, maar zij beseffen niet Wie Jezus is.
B3.44
De paasgroet, waarmee de Emmaüsgangers in Jeruzalem worden ontvangen. De Heere is echt opgestaan. Simon - dat is Petrus'; zondaarsnaam - heeft Hem gezien. Uit 1 Korinthe 15:5 mogen we concluderen dat Jezus allereerst aan Petrus is verschenen, daarna pas aan de andere discipelen.
B4.41
De Heere is echt opgestaan uit de doden. Dat is de Paasjubbel van de Emmaüsgangers, die ze bij hun terugkeer te Jeruzalem aan de discipelen overbrengen. Ze hadden hem zelf als de Levende ontmoet onderweg en thuis.
C1.43
Als de Emmaüsgangers, na de ontmoeting met de Heere Jezus in hun huis, terugkeren in Jeruzalem treffen ze daar de elf discipelen aan die uitroepen: de Heere is waarlijk, echt, opgestaan uit de doden. Ze hebben Hem namelijk als de Opgestane ontmoet. Deze Paasjubbel mag nog altijd overgenomen worden.
C3.34
De Heere Jezus is niet gestolen, want dieven gaan niet ordelijk en netjes te werk. Alle doeken liggen keurig opgerold in het graf. Het is zeker: de Heer Jezus is opgestaan!